IN DEZE SECTIE

Gerelateerde artikelen
Er zijn geen gerelateerde artikelen

Parkinson treft vooral mensen op oudere leeftijd waarbij de functies van het lichaam worden vertraagd en het vermogen om bewegingen te controleren wordt aangetast.

Zodra je arts je specifieke behoeften heeft vastgesteld, kan hij of zij het product voorschrijven dat het best bij je behoeften en toestand past.

Ontdek meer over de symptomen, diagnose en behandeling. 

Wat is de ziekte van Parkinson?

De ziekte van Parkinson (PD) is een progressieve neurodegeneratieve aandoening. Dit betekent dat de symptomen geleidelijk beginnen en mettertijd langzaam erger worden. Parkinson tast de gezondheid aan van de zenuwcellen (neuronen) in de hersenen die de beweging regelen, en als gevolg daarvan worden veel lichaamsfuncties en bewegingen aangetast.

Wat zijn de belangrijkste soorten Parkinson?

Parkinson behoort tot een groep aandoeningen die parkinsonisme wordt genoemd. Dit is een verzamelnaam die ook andere aandoeningen met vergelijkbare symptomen omvat (bijvoorbeeld beven, trage bewegingen, spierstijfheid en problemen met wandelen).

De ziekte van Parkinson is de meest voorkomende neurodegeneratieve oorzaak van parkinsonisme. Andere vormen van parkinsonisme worden soms aangeduid als atypisch parkinsonisme of parkinson-plus syndromen. Deze aandoeningen hebben doorgaans een slechtere prognose dan Parkinson en reageren niet op de traditionele behandeling ervan, die gericht is op het verhogen van het dopamineniveau.

Hoeveel mensen hebben Parkinson?

In 2016 schatte de Global Burden of Disease Study1 dat ongeveer 6,1 miljoen mensen wereldwijd de ziekte van Parkinson hebben. Dit was een aanzienlijke stijging ten opzichte van de 2,5 miljoen mensen in 1990. In de EU worden er naar schatting 1,2 miljoen mensen door getroffen2.

In hetzelfde rapport wordt geschat dat het aantal mensen met Parkinson tegen 2040 dichter bij 13 miljoen zal liggen. Deze geschatte stijging komt doordat:

  • Veel mensen geen diagnose krijgen
  • De prevalentie van Parkinson aanzienlijk stijgt met de leeftijd, en mensen leven steeds langer

Symptomen

De symptomen van Parkinson kunnen van persoon tot persoon verschillen. Ze beginnen meestal heel subtiel en kunnen daardoor enige tijd over het hoofd worden gezien.

Wat zijn de symptomen van Parkinson?

De symptomen kunnen worden onderverdeeld in motorische symptomen (die gepaard gaan met beweging) en niet-motorische symptomen, die niets te maken hebben met beweging. Er zijn drie primaire symptomen, en vele andere secundaire symptomen die minder opvallend zijn, maar toch de levenskwaliteit kunnen beïnvloeden.

De symptomen verschillen voor iedereen en het is onwaarschijnlijk dat iemand met Parkinson ze allemaal vertoont.

Motorische symptomen

De drie belangrijkste symptomen van Parkinson tasten allemaal het lichaam aan. Het zijn:

  • Beven (trillende handen, armen, benen of hoofd)
  • Stijve, starre spieren
  • Trage beweging (ook bekend als bradykinesie)

Andere fysieke symptomen kunnen bestaan uit:

  • Evenwichtsproblemen
  • Verlies van het reukvermogen
  • Constipatie, incontinentie of seksuele disfunctie
  • Slaapproblemen
  • Moeite met kauwen, slikken of praten

Niet-motorische symptomen

  • Gevoelens van depressie en angst
  • Moeheid
  • Cognitieve problemen zoals geheugenverlies en problemen met denken of redeneren
  • Gedragsproblemen, zoals impulsief handelen, en veranderingen in de persoonlijkheid, waarbij een extravert persoon teruggetrokken wordt, bijvoorbeeld

Wat zijn de fasen van Parkinson?

Om te beginnen zijn de symptomen vaak zeer mild en blijven ze vaak onopgemerkt, wat kan leiden tot een vertraagde diagnose. De symptomen beginnen meestal aan één kant van het lichaam, maar treffen uiteindelijk beide kanten.

De vooruitgang van Parkinson kan per persoon sterk verschillen, waardoor het moeilijk te voorspellen is hoe snel een geval zich zal ontwikkelen. Veel mensen merken ook dat hun symptomen van dag tot dag schommelen, wat resulteert in goede en slechte dagen.

Het is gebruikelijk om in de beginfase een trilling in de hand of vingers te voelen. Na verloop van tijd kan dit geleidelijk verergeren, tot het moeilijk wordt om eenvoudige, dagelijkse taken uit te voeren, zoals eten. Ook andere delen van het lichaam kunnen beginnen te trillen.

Bewegingen kunnen ook geleidelijk trager worden. Mensen in de latere fasen van Parkinson hebben vaak moeite met wandelen en kunnen zich met kleine, schuifelende stapjes voortbewegen.

Het andere primaire symptoom, spierstijfheid, kan zover gaan dat het moeilijk wordt om gezichtsuitdrukkingen te maken; het kan ook pijnlijke spierkrampen veroorzaken.

De reactie van een persoon op de medicatie kan ook in de loop der tijd veranderen. Medicatie kan aanvankelijk een duidelijke verbetering opleveren, maar de werking kan na verloop van tijd “slijten” of inconsistent worden en moet mogelijk worden aangepast naarmate de ziekte vordert.

Wat zijn de vroege tekenen van Parkinson?

De voortgang van Parkinson is voor iedereen verschillend, maar het is gebruikelijk dat de symptomen in het begin mild zijn en in de beginfase vaak onopgemerkt blijven. De symptomen beginnen meestal aan één kant van het lichaam, maar treffen uiteindelijk beide kanten. Parkinson begint vaak met trillen van de hand of vingers.

Oorzaken, risicofactoren en levensverwachting

Het is niet precies bekend waarom mensen Parkinson krijgen, maar de symptomen ontstaan wanneer de zenuwcellen die dopamine in de hersenen produceren, verzwakken en afsterven. Onderzoekers denken dat het afsterven van deze zenuwcellen verband houdt met een combinatie van leeftijd, genen en omgevingsfactoren, zoals blootstelling aan bepaalde chemicaliën.

Bekende risicofactoren voor het ontwikkelen van Parkinson zijn blootstelling aan fungiciden en pesticiden, zoals Maneb, Rotenon en Paraquat3, en traumatisch hersenletsel4.

Wat veroorzaakt Parkinson?

Chemische stoffen in de hersenen, neurotransmitters genaamd, helpen om lichaamsbewegingen te controleren door boodschappen door te geven tussen zenuwcellen en de rest van het lichaam. Een van de belangrijkste neurotransmitters in dit proces is dopamine. Bij mensen met Parkinson gaat ongeveer 70-80% van de dopamine producerende cellen achteruit en sterven uiteindelijk af.

Dit proces wordt neurodegeneratie genoemd. Het betekent dat mensen met Parkinson een laag dopamineniveau hebben in het deel van de hersenen dat beweging en evenwicht regelt. De symptomen van Parkinson ontstaan doordat de zenuwcellen niet langer in staat zijn de juiste boodschappen door te geven om de bewegingen van het lichaam te controleren.

Is Parkinson erfelijk?

In sommige gevallen kan een defect gen door de ouders aan de kinderen worden doorgegeven, waardoor zij de ziekte van Parkinson erven, maar dit is uiterst zeldzaam; de ziekte is over het algemeen niet erfelijk5.

Wie krijgt Parkinson?

Parkinson kan iedereen treffen, ongeacht hun ras of achtergrond. De kans om de ziekte te krijgen, wordt groter met de leeftijd, maar geschat wordt dat ongeveer 4% van de mensen met Parkinson de diagnose krijgt wanneer ze jonger zijn dan 50 jaar6.

Mannen hebben meer kans op Parkinson dan vrouwen. Sommige onderzoeken wijzen erop dat maar liefst twee keer zoveel mannen als vrouwen de diagnose krijgen en dat vrouwen gemiddeld 2,1 jaar ouder zijn dan mannen op het moment van de diagnose7.

Hoelang kan je leven met Parkinson?

Parkinson is een levenslange ziekte die het dagelijkse leven aanzienlijk beïnvloedt en mensen kwetsbaarder kan maken voor andere ziekten en infecties. Dankzij de vooruitgang in de behandeling hebben de meeste mensen met de aandoening echter een normale of bijna normale levensverwachting.

Diagnose

Er bestaan een aantal onderzoeken die worden gebruikt om artsen te helpen te bepalen of iemand Parkinson heeft. Ze kunnen ook bepaalde testen gebruiken om andere aandoeningen uit te sluiten.

Hoe wordt de diagnose van Parkinson gesteld?

De diagnose Parkinson kan om verschillende redenen moeilijk worden gesteld. In een vroege fase zijn de symptomen vaak mild, waardoor het voor artsen moeilijk vast te stellen is of ze door Parkinson worden veroorzaakt. De symptomen kunnen per persoon sterk verschillen, en andere ziekten – zoals essentiële tremor en de ziekte van Alzheimer – hebben gelijkaardige symptomen, wat tot een verkeerde diagnose kan leiden.

De andere factor die de diagnose van Parkinson bemoeilijkt, is dat er niet één specifieke test voor de aandoening bestaat. Specialisten kunnen een aantal testen gebruiken om hen te helpen andere aandoeningen uit te sluiten, maar de diagnose wordt voornamelijk gesteld op basis van de gecombineerde resultaten van:

  • Een beoordeling van de symptomen van een patiënt
  • Een beoordeling van de medische voorgeschiedenis van een patiënt
  • Een uitgebreid lichamelijk onderzoek

Testen om Parkinson vast te stellen

Artsen kunnen een of meer van de volgende testen gebruiken om andere aandoeningen uit te sluiten:

  • Een SPECT-scan (single photon emission computed tomography): Deze test kan helpen vaststellen of er een verlies is van dopamine producerende cellen in de hersenen, wat kan wijzen op Parkinson.

  • CT-scan (gecomputeriseerde tomografie): Deze röntgenfoto’s van de hersenen kunnen helpen om vaatziekten en tumoren uit te sluiten.

  • MRI-scan (beeldvorming door magnetische resonantie): Hierbij worden magnetische ladingen gebruikt om beelden van de hersenen te vormen. Deze kunnen worden gebruikt om Parkinson te onderscheiden van Parkinson-achtige aandoeningen zoals progressieve supranucleaire parese (PSP) en multipele systeematrofie (MSA).

  • Bloedonderzoeken: Een reeks bloedonderzoeken kan helpen om aandoeningen zoals abnormale schildklierhormoonspiegels of leverschade uit te sluiten.

Behandeling en medicatie

Er is niet één specifieke behandeling om Parkinson te genezen, maar er zijn veel soorten medicatie en therapieën die kunnen helpen de symptomen onder controle te houden.

Hoe wordt Parkinson behandeld?

Er bestaan verschillende soorten medicatie om de symptomen van Parkinson te helpen verbeteren. Ondersteunende therapieën zoals fysiotherapie, spraak- en taaltherapie en ook ergotherapie kunnen een groot verschil maken om mensen met Parkinson te helpen zelfstandig te blijven wonen.

Medicatie

Veel geneesmiddelen geven aanvankelijk een duidelijke verbetering, maar hun werking kan na verloop van tijd "slijten" of inconsistent worden, zodat ze moeten worden aangepast naarmate de ziekte vordert.

Parkinson-symptomen houden verband met een daling van het dopamineniveau in de hersenen; het is echter niet mogelijk om dopamine in te nemen als behandeling, omdat het niet kan doordringen tot in de hersenen waar het nodig is. Dit betekent dat de meeste medicatie zich op een andere manier richt op het verhogen van het dopamineniveau.

Deze medicatie omvat:

  • Dopaminerge middelen: Deze hebben tot doel het dopaminegehalte in de hersenen te verhogen of de effecten van dopamine na te bootsen (dopamine-agonisten).
  • Monoamine oxidase B-remmers: Deze helpen het dopamineniveau te verhogen en zijn nuttig in de vroegere fasen van Parkinson.
  • Catechol-O-methyltransferase (COMT)-remmers: Deze worden gebruikt naast een dopaminerg middel om de werking ervan te verlengen en worden doorgaans voorgeschreven in latere fasen van de ziekte van Parkinson.
Elk geneesmiddel heeft een reeks bijwerkingen die altijd moeten worden overwogen en besproken met een arts voordat het geneesmiddel wordt gebruikt. Geneesmiddelen zijn er in verschillende vormen, waaronder tabletten, injecties en gels, waardoor patiënten een breed scala aan mogelijkheden hebben om aan hun individuele behoeften te voldoen.

Therapie

Veel mensen met Parkinson vinden dat ondersteunende therapieën gunstig zijn voor bepaalde symptomen. In een vroege fase kunnen ondersteunende therapieën voldoende zijn om mensen te helpen hun dagelijkse activiteiten zonder medicatie voort te zetten.

Fysiotherapiesessies kunnen nuttig zijn voor het verbeteren van de flexibiliteit, het verlichten van spierstijfheid en het verminderen van gewrichtspijn; een logopedist kan helpen met oefeningen en ondersteunende technologie om patiënten te helpen hun spraakvaardigheid opnieuw aan te leren en te helpen bij het eten en slikken. Daarnaast kunnen beoordelingen na ergotherapie aanpassingen aan de thuissituatie signaleren, waardoor patiënten langer zelfstandig kunnen blijven.

Leren leven met de ziekte van Parkinson kan uiterst frustrerend zijn. Veel verschillende vormen van steun kunnen hierbij helpen, van steungroepen met anderen in gelijkaardige situaties tot één-op-één professionele begeleiding. Artsen kunnen meer informatie geven over wat er lokaal beschikbaar is.
Alternatieve therapieën

Veel mensen vinden dat alternatieve therapieën nuttig zijn in combinatie met andere behandelingen om stress, depressie, vermoeidheid en pijn te verminderen. Zoals:

  • Massage bevordert ontspanning en vermindert spierspanning
  • Yoga verhoogt de soepelheid en verbetert het evenwicht
  • Meditatie vermindert stress en angst
  • Alexandertechniek richt zich op houding en evenwicht, en kan helpen om spierspanning en pijn te verminderen

Interventie

Een operatie voor Parkinson heet diepe hersenstimulatie. Hierbij wordt een pulsgenerator, vergelijkbaar met een pacemaker, in de borstwand geïmplanteerd. De pacemaker is met fijne draden verbonden met de hersenen, en een minuscuul elektrisch stroompje wordt gebruikt om het deel van de hersenen dat door de ziekte van Parkinson is aangetast, te stimuleren.

Diepe hersenstimulatie is niet gebruikelijk, maar wordt in sommige gevallen aanbevolen - vooral wanneer de beschikbare medicamenteuze behandelingen niet langer helpen om de symptomen onder controle te houden.

Voeding

Veranderingen in voeding verminderen de gevolgen van Parkinson niet, maar ze kunnen wel helpen om bepaalde symptomen aan te pakken. Deze omvatten:

  • Meer vezels eten en zorgen voor voldoende vocht om constipatie tegen te gaan.
  • Uitdroging voorkomen (die kan worden veroorzaakt door Parkinson-medicatie) door voldoende water te drinken.
  • Zorgen voor de juiste hoeveelheid zout in de voeding om lage bloeddruk en duizeligheid te voorkomen. Vaker kleine maaltijden eten kan ook helpen.
Uit onderzoek blijkt dat een mediterraan dieet de kans op het ontwikkelen van de ziekte van Parkinson kan helpen verkleinen1. Deze diëten bevatten over het algemeen veel groenten, fruit, peulvruchten, noten, bonen, granen, granen, vis en onverzadigde vetten zoals olijfolie, en weinig vlees en zuivelproducten.

Lichaamsbeweging

Lichaamsbeweging kan nuttig zijn voor mensen met Parkinson omdat het:

  • De spierkracht helpt te vergroten
  • De flexibiliteit en het evenwicht verbetert
  • De mentale gezondheid kan bevorderen en depressie of angst vermindert
Lichaamsbeweging zoals wandelen, zwemmen, tuinieren en yoga kunnen vaak zelfstandig worden voortgezet nadat de diagnose Parkinson is gesteld, of artsen kunnen sessies met een fysiotherapeut aanbevelen.

Preventie

Er is nog geen behandeling of therapie gevonden om het ontstaan van Parkinson te voorkomen, hoewel er uitgebreid onderzoek is gedaan naar de voordelen van lichaamsbeweging op jonge leeftijd; er is aangetoond dat mensen die bewegen minder kans hebben om Parkinson te ontwikkelen9.

Hoewel uit onderzoek blijkt dat lichaamsbeweging in verband wordt gebracht met een lager risico op Parkinson, is echter niet bewezen dat lichaamsbeweging de oorzaak is van het verminderde risico. Er is meer onderzoek nodig om vast te stellen of er een rechtstreeks verband is.

Wetenschappelijke onderzoeken

De behandeling en preventie van de ziekte van Parkinson is een groot onderzoeksgebied, en een beter begrip van de aandoening is een belangrijke factor voor de ontwikkeling van geschikte nieuwe geneesmiddelen.

Onderzoeken zoals dat in Finland in 202010 kijken naar manieren om het dopamineniveau te verhogen en de dopamine-producerende hersencellen te beschermen tegen afsterven, terwijl ander onderzoek11 zich richt op de oorzaken van de motorische symptomen bij Parkinson. Dergelijke onderzoeken geven wetenschappers reden te geloven dat er in de toekomst betere manieren kunnen worden ontwikkeld om de ziekte van Parkinson te behandelen.

Bronnen waarnaar wordt verwezen

  1.  GBD 2015 Neurological Disorders Collaborator Group. Global, regional, and national burden of neurological disorders during 1990–2015: a systematic analysis for the Global Burden of Disease Study 2015. Lancet Neurol. 2017;16(11):877-897. doi:10.1016/S1474-4422(17)30299-5
  2.  European Commission. Health research on Parkinson’s disease Accessed February 23, 2021. https://ec.europa.eu/research/health/pdf/factsheets/parkinsons.pdf
  3.  Aaseth J, Dusek P, Roos PM. Prevention of progression in Parkinson’s disease. Biometals. 2018;31(5):737-747. doi:10.1007/s10534-018-0131-5
  4.  Delic V, Beck KD, Pang KCH et al. Biological links between traumatic brain injury and Parkinson’s disease. Acta Neuropathol Commun. 2020;8(1):45. doi:10.1186/s40478-020-00924-7
  5.  Parkinson’s causes. The European Parkinson’s Disease Association (EPDA). Updated September 2018. Accessed February 2021 https://www.epda.eu.com/about-parkinsons/causes/
  6. The European Parkinson’s Disease Association (EPDA). Response to the European Commission’s Consultation on the Green Paper on a Common Strategic. Framework for future EU Research and Innovation Funding. Accessed February 2021. 
  7. Miller IN, Cronin-Golomb A. Gender differences in Parkinson’s disease: clinical characteristics and cognition. Mov Disord. 2010;25(16):2695-2703. doi:10.1002/mds.23388
  8.  Alcalay RN, Gu Y, Mejia-Santana H et al. The association between Mediterranean diet adherence and Parkinson’s disease. Mov Disord. 2012;27(6):771-4. doi:10.1002/mds.24918
  9.  Fan B, Jabeen R, Bo B et al. What and how can physical activity prevention function on Parkinson’s disease? Oxid Med Cell Longev. 2020;2020:4293071
  10.  Mahato AK, Kopra J, Renko J‐M et al. Glial cell line–derived neurotrophic factor receptor rearranged during transfection agonist supports dopamine neurons in vitro and enhances dopamine release in vivo. Mov Disord. 2020;35:245-255. doi:10.1002/mds.27943
  11.  Heo JY, Nam M-H, Yoon HH et al. Aberrant Tonic Inhibition of Dopaminergic Neuronal Activity Causes Motor Symptoms in Animal Models of Parkinson’s Disease. Curr Biol. 2020;30(2):276-291.e9. doi:10.1016/j.cub.2019.11.079
U bent misschien geïnteresseerd in...
Er zijn geen gerelateerde artikelen

Welkom terug

Om toegang te krijgen tot deze informatie moet u inloggen met uw gebruikersnaam.

Geen account? Registreren